Tips tegen werkstress in de zorg

1. Zeg vaker 'nee'

Denk eerst aan jezelf en dan pas aan een ander, anders ga je eraan onderdoor. Bij veel zorgverleners staat de zorgvrager altijd centraal. En ja, ik merk dat zelf ook. Zelfs in mijn privéleven schiet ik vrienden en familie altijd meteen te hulp. 'Floor, kan je mij even komen helpen?' En voordat ik het zelf door heb, zit ik alweer op de fiets. Terwijl ik eigenlijk niet altijd tijd heb. Daarbij is tijd voor jezelf ook zó belangrijk. Ik probeer nu steeds vaker nee te zeggen (ook al ben ik op dat moment 'druk' met op de bank liggen). Denk eerst aan jezelf en dan aan een ander. Want als je eraan onderdoor gaat, heeft niemand meer wat aan jou.

2. Vechten tegen aapjes en windmolens

Een stagebegeleider vertelde mij ooit: 'Geef het aapje terug aan zijn eigenaar en vecht niet tegen windmolens in'. Wat ze daarmee bedoelde, was dat (jonge) professionals geneigd zijn om alle problemen van iedereen op hun schouders te nemen. Ze voelen zich daar enorm verantwoordelijk voor. Met het laatste deel van die zin bedoelde ze dat het niet zinvol is om te vechten en strijden tegen iets dat je toch niet wint. Dat is zonde van je energie. Wijze woorden die ik altijd zal onthouden. Al moet ik soms stiekem wel lachen, aangezien ik een beelddenker ben. Een aapje en een windmolen...

3. Neem micropauzes

Deze tip ben ik enorm gaan waarderen. Las kleine pauzes in wanneer mogelijk. Als ik bijvoorbeeld net een klusje klaar heb, trakteer ik mezelf op iets lekkers. Ik neem dan bijvoorbeeld een koffie, thee, reep chocolade of een banaan. Deze micropauzes geven mijn batterij weer een kleine boost. Daardoor bouw ik stress niet de hele tijd op en geef ik mezelf kleine momenten om even te ontspannen. 

4. Zorg voor buitenlucht

Zoals ik in mijn laatste blog vertelde, word ik van een wandeling helemaal zen. Daarbij zorgt de frisse buitenlucht er na een inspannende taak voor dat je weer fris kunt starten met het volgende klusje. Pak je jas en maak eens een ommetje. Of gebruik je lunchpauze om even naar buiten te gaan. Ik garandeer je dat deze tip helpt!

5. In je vrije tijd ben je vrij

Als je in de zorg werkt heb je vaak de neiging om dat wat je meemaakt op je werk, mee naar huis te nemen. Dat zijn echter niet alleen positieve dingen, maar vaak ook negatieve verhalen en emoties van patiënten. Probeer je werk als je thuis bent los te laten. Je bent tenslotte vrij. Ik weet het: het is makkelijker gezegd dan gedaan. Maar je kunt het jezelf aanleren. Dat kan bijvoorbeeld door ontspanningsoefeningen of door iets te doen waar je plezier aan beleeft. Ik doe persoonlijk bijvoorbeeld aan yoga. Na een yogasessie is mijn hoofd helemaal leeg, en dan wandel ik daarna lekker naar huis (komt tip 4 weer). Heeeerlijk. 

6. Gezond eten

Het brein is maar een klein deel van het lichaamsgewicht, maar gebruikt in verhouding heel veel energie. Met ons werk gebruiken we ons brein aan een stuk door (naast dat we onze benen onder het lijf vandaan rennen). Dat kost behoorlijk veel energie. Zorg er dus voor dat je energielevel gedurende de dag wordt aangevuld (tip 3 van de micropauzes). Gebruik van koffie of energiedrankjes geeft je een korte energieboost. Gezonde dingen - zoals volkoren voedingsmiddelen, groenten en fruit - geven hun energie minder snel af. Neem dus niet elke pauze een koffie, maar wissel het om met een banaantje en je voelt je veel langer fit. 

Welke tips zou jij aan dit rijtje toevoegen?